Vrijdag 21 juni

Als we wakker worden checkt Jan het weer. Blijkt het toch nog een prima weertje om te vertrekken! Vandaag willen we naar Bénodet. Jan heeft alleen tegen onze Franse buurtjes, die gisteravond langszij kwamen liggen, gezegd dat we niet zouden weggaan. En ongeveer toen wij in bed besloten vanmorgen te vertrekken, hoorde wij hen over onze boot stappen. Misschien even douchen? Broodje halen? Ze komen vast zo wel terug. We wachten en wachten. Maar nee, ze kwamen niet meer terug. Dan maar samen met de havenmeester hun boot ‘verhalen’ (zo heet het verleggen van een boot) naar een nieuwe plek zodat wij weg kunnen.

Zo liggen we erbij in Camaret

Uiteindelijk verlaten we pas om 11.30 uur de haven van Camaret. Het is mistig als we het Pointe du Tourlinguet (tussen het Pointe de Pen-Hir en Camaret) voorbij varen. Het heet hier Chenal du Grand Leac’h en het ligt hier vol met rotsen. Dus we moeten goed opletten.

Onderweg na verlaten Carmaret richting Bénodet (1)

Dan trekt de mist weg. We steken in zuidwestelijke richting over en passeren het Pointe du Van met z’n woeste kusten met kliffen van wel 65 meter hoog.

Het is de bedoeling om met slack door de Raz du Sein te gaan. Dit is de doorgang tussen vaste land en Île de Sein. Bij het Point du Raz kan het flink stromen en er kunnen brekende golven ontstaan. Door ons late vertrek lijkt het erop dat we er te laat aankomen. Gelukkig is het rustig weer en kan het punt veilig worden gepasseerd, ook als er stroming staat. 

De wind trekt aan tot 15 knopen en met halve wind loopt de boot al snel zo’n 8 knopen door het water. Dit maakt het verlies weer goed en gaan we alsnog precies met slack door de Raz. 

Onderweg na verlaten Carmaret richting Bénodet (11)

Hierna wordt het een hobbelige rit. We hebben de wind nu van achter en er staat een behoorlijke deining. We proberen allerlei standjes uit: vlinderen, niet vlinderen, andere koers…. Het legt ons geen windeieren, want we halen andere boten in. In het laatste stuk richting Bénodet zeilen we weer echt lekker omdat we nu halve wind hebben. Aan het eind van de middag en begin van de avond is het zelfs heel aardig weer. 

Dan, ineens, horen we ‘Montanara Montanara’ over de marifoon. Dat is even schrikken. Normaal als we samen met anderen op pad zijn worden we elke paar uur opgeroepen en nu zijn we heel de vakantie pas één keer eerder opgeroepen (door de douane). We worden geroepen door de semafoor (een kuststation). Ze hebben ons gezien op de AIS en willen weten met hoeveel personen we aan boord zijn en wat onze ‘intenties’ zijn. Jan vertelt dat we met z’n tweetjes aan boord zijn op weg naar Bénodet. Ze vragen naar onze diepgang en wensen ons een goede reis. 

Jan vaart richting Bénodet

Om 21.15 uur lopen we de voor ons bekende badplaats Bénodet binnen.

Aanloop Bénodet (7) 

Het ligt aan de Odet-monding en het water kan hier flink stromen. Normaal liggen we in de jachthaven rechts achterin, maar dit keer besluiten we om in de haven links van het vaarwater bij Port Sainte-Marine te gaan liggen. Er is een mooie plek aan de visitorssteiger waar we dwars op de stroom liggen. Normaal is dat geen mooie plek, maar achteraf blijkt het wel een goede keuze. Wij hebben zowat geen last van het water dat de Odet in- en uitstroomt (soms wel met drie knopen) terwijl andere boten liggen te ‘tollen’. 

Zo liggen we erbij in Port St Marine

Als alles goed en wel ligt gaan we de benen strekken. Even het dorpje verkennen, het havenkantoor zoeken en alvast kijken waar de boulanger is. Er is een gezellige drukte in het haventje. Het leeft. We lopen een rondje en zien al snel dat dit een dorp is dat ons qua sfeer erg aanspreekt. We nemen nog een afzakkertje buiten en genieten van het prachtige uitzicht vanuit de kuip. 

P1150251

Zaterdag 22 juni

Het regent en waait flink. Geen gezellig weer om erop uit te trekken. Daarom dopen we vandaag om tot schoonmaak- en wasdag. Als het niet regent hangt de was buiten en als het regent gaat de hele boel weer naar binnen. En zo blijf je lekker bezig op een dag zoals vandaag met afwisselend weer. 

Sainte Marine  Sainte Marine (2)

We kletsen met de bemanning van de Krabat, een Brits stel die we gister hebben ingehaald op zee. Ze begrepen er niets van (‘Waarom gaan zij nou harder?’) want op de AIS hebben ze gezien dat wij ook een 36-voeter hebben. Meneer is maar wat blij om te horen (en zien) dat we een 43-voets boot hebben en dat de informatie op de AIS niet klopt. 

Strand voor Café du Port

We maken een kleine wandeling vandaag en zien alvast een leuk restaurant om morgen te gaan eten. De rest van de dag tutten we binnen. Ik ben maar alvast begonnen met het digitale fotoboek van deze zomervakantie. 

Zondag 23 juni

We starten rustig op. Het weer is iets beter dan gister, later vandaag moeten we perioden zonder regen krijgen. Mooi moment om dan een wandeling te maken langs de kust. 

Als we om ons heen kijken zien we dat we midden in de ‘grijze golf’ zitten. We zien veel oudere mensen, vooral Engelsen. Het valt ons op dat ze in kleinere boten varen en dat ze nog zo kwiek zijn. Grijze vrouwen springen van de boot op de kade alsof ze achttien zijn. We komen al heel de vakantie zowat geen Nederlanders tegen, ook hier niet. 

Na de lunch gaan we er erop uit. We maken een wandeling via een kustpad richting het strand. We lopen langs de rotsen, de vuurtoren en een oude semafoor. Op de terugweg nemen we een andere route. Zo krijgen we een goede indruk van de omgeving. 

Kustwandeling Sainte Marine  Kustwandeling Sainte Marine (2)  Kustwandeling Sainte Marine (3)

Kustwandeling Sainte Marine (5)  Kustwandeling Sainte Marine (6)  Kustwandeling Sainte Marine (7)

’s Avonds maken we ons op voor een diner bij Café du Port. Het is een culinair feestje. We bestellen kreeft. De gerand komt ons een levend exemplaar showen. Of we deze willen? Hij aait ‘m nog even.

Diner bij Café du Port (1)

Het is er eentje met een mooie blauw kleur. Wat volgens de gerand een goed teken was. Of het nou aan die blauwe kleur lag, of niet, hij smaakte verrukkelijk. We hebben genoten.

Diner bij Café du Port (5)

Als we terugkomen bij de boot zien we dat de stroom gedraaid is. Door de afgaande stroom liggen we nu weer tegen de steiger aangedrukt. Omdat we echter ook aan lagerwal liggen en er af en toe veel wind staat, worden al onze stootwillen geplet. 

Platte stootwillen

Maandag 24 juni

Er is minder wind en we besluiten om vandaag te vertrekken. Het plan is om de streek Zuid-Finistère te verlaten en richting het gebied dat Morbihan heet te varen. Volgens Clemens Kok, bekend van de Vaarwijzer, komen we dan in het gebied waar de Nautische Route du Soleil begint. We willen naar Île de Groix. Dit is een pittoresk eiland dat in vroegere tijden bekend stond om z’n tonijnvissers. We zijn er nog nooit geweest. 

Maar eerst nog even ontbijten en het bootje klaarmaken. Helaas zijn alle boulangers in het dorp gesloten, dus een vers broodje zit er niet in. We vertrekken volgens plan om 12.45 uur. Dan worden we door de stroom niet meer tegen de steiger gedrukt en kunnen we rustig afvaren. 

Vertrek uit Port Sainte Marine (1)

Eenmaal buiten op zee hebben we een licht windje in de rug. Er staat nog wat deining van de harde wind van de voorgaande dagen. Dus: schommelen. Er moet meer druk in het zeil. Dus ander zeil: de genaker. En zo lopen we weer te trekken en te sjouwen met een grote zak op een schommelde boot. Soms vraag je je af, waarom hadden we ‘m nou nog niet in de haven klaargemaakt… Maar ons bootje doet het er goed op. We hebben een goede snelheid en we liggen wat stabieler. 

Onderweg naar Île de Groix

Dan trekt de wind aan, net even iets te veel van het goede voor een lichtweerzeil. En zoals altijd, het had beter geweest als we ‘m iets eerder hadden binnengehaald. Er staat flink wat winddruk in en de boot loopt er 8 knopen op. Dus eerst grootzeil uit, dan voor de wind varen, om druk uit het zeil te halen. Hierna kunnen we de genaker indraaien. De wind trekt nog verder aan en de rest van de tocht varen we met ruime wind. De zon schijnt en in de verte zien we het eiland al. We varen door de 12.000 mijlsgrens op het log, maar we realiseren ons het helemaal niet. Pas bij aankomst zien we dat we samen met de Montanara XL alweer 12.010 mijl hebben gevaren. 

Om 17.30 uur komen we aan op Île de Groix.

Île de Groix (6)

We melden ons via de marifoon bij de havenmeester. Er is geen plek meer in de haven. Dus ik zeg heel luchtig ‘Oké, dan pakken we een mooring’. Alleen het is niet zo gemakkelijk als het klinkt. Op de eerste plaats liggen er al allemaal boten aan de mooring. Dus speur je en kijk je welke nog vrij is. Ongeveer meteen moet je berekenen of wij bij laagwater aan een vrije mooring kunnen liggen. We steken 2 meter diep met onze kiel en er staan niet overal genoeg water bij laagwater, zeker nu niet omdat het springtij is. 

Soms denk ik, ze zouden een TV-programma kunnen maken over hoe het eraan toe gaat bij het mooren. Over hoe er gecommuniceerd wordt door de persoon voor op het schip, naar de schipper achter het stuur en andersom. De schipper vaart namelijk naar de meerboei in het water, maar kan die niet zien. De ander zegt hoeveel meter nog en moet dit naar achteren schreeuwen terwijl hij of zij naar voren moet kijken. En vervolgens tegelijk moet proberen een lijn door een oog heen te halen vanaf 2 meter boven het water. Nu hebben wij een speciale pikhaak waarmee je gemakkelijk een haak aan het oog van de meerboei kan haken. Die haak zit vat aan een lijn die je van te voren al aan de boot hebt vastgemaakt. Dat betekent: aanvaren, klikken, vast, de boot hangt. Vervolgens kun je daarna ‘in alle rust’ met je bijboot een vaste lijn door het oog van de meerboei halen en je boot goed vastleggen. Nu heeft niet iedereen zo’n systeem, en ook niet iedereen is zo goed op elkaar ingespeeld als wij zijn. Soms zijn het ook huurboten waar mensen slechts voor de gelegenheid samen varen. Het is soms echt komisch om te zien hoe het niet in één keer goed gaat en soms zelfs niet in zes keer. 

Montanara aan de mooring in Port Tudy (4)

Ik heb een plan om zonder de bijboot toch de lijn door het oog heen te halen. Ik ben, naar mijn mening, goed bezig. Jan vindt het veel te lang duren en bemoeit zich ineens ermee. Hierdoor schiet mijn lijn (ik was er bijna) uit het oog. Mon Dieu! Dit werkt niet en we besluiten samen te werken. We maken een soort grote pincet van twee pikhaken en op die manier lukt het in één keer. Ik zeg: geweldig nieuw product, een nautische pincet. Leuke nieuwe handel, voor naast de accu’s. 

Er is geen tijd voor een borrel. Jan gaat meteen de bijboot op het voordek oppompen. Hij heeft zin in moules met frites en wil uit eten.

Uitzicht vanuit de kuip Port Tudy (1)

Maar we worden opgehouden, want we krijgen een boot langzij. Een Fransman, eind zestig, die zich verontschuldigd omdat hij als man alleen is met twee vrouwen en dat ze niet doen wat hij zegt. En daarmee het aanleggen niet zo soepel gaat. Dus hij is zo druk als een klein baasje. Hij rent van voor naar achter en terug. Ik verbaas me over zijn souplesse. Hij klimt als een soort tarzan via de buitenkant van z’n boot om zijn lijn door het oog van de mooring te krijgen. Bizare

Uitzicht vanuit de kuip Port Tudy (3)

We gaan met de bijboot naar de kant en zien dat alle restaurants aan de haven dicht zijn. Oké het is dan geen hoogseizoen, maar dit doet wel vreemd aan. Even verderop, een heuvel op zien we een Hotel. Het hotel du Pêcheur. Daar kunnen we wel eten, maar de keuken is nog niet open. We moeten dus verplicht aan een drankje. Nou vooruit dan maar. Maar we houden het netjes, want we moeten nog terug met de bijboot! 

P1150315

Dinsdag 25 juni

We hebben heerlijk geslapen en niets gemerkt van het feit dat er naast ons aan de mooring nog een zeilboot lag. We lagen super rustig. Als we de gordijnen open doen zien we een bijzonder fenomeen: blauwe lucht. Het is voor het eerst deze vakantie zo warm dat we moeten spitten in de kast, op zoek naar de korte broeken en teenslippers. 

Jan heeft moeite met uit bed komen. Dat ligt niet aan de slaap maar doordat hij het ‘in zijn rug heeft’. Hij heeft pijn en masseren helpt niet. Hij moet gewoon bewegen. We starten door met de bijboot naar de kade te gaan om een baquette te halen voor het ontbijt. Dat is nog een hele toer, in en uit een drijvend bootje stappen als je pijn in je rug hebt. Arme Jan. En nu is het ook nog eens extreem laagwater (het is springtij) en daardoor moeten we nu een hele klim afleggen met de ladder bij het dinghy-dock. 

Dinghy dock

We ontbijten voor het eerst buiten en genieten van de zon. We besluiten om vandaag met de fiets het eiland te verkennen. Maar hoe krijg je twee vouwfietsen op de kant als je midden in het water ligt? Het plan is als volgt: we gaan samen met één vouwfiets in de bijboot naar de haven. Daar zijn drijvende steigers en hoeven we geen capriolen uit te halen op de gladde vieze ladder bij het dinghy-dock.

Vieze ladder

Vervolgens vouwen we daar de fiets uit en zetten deze op de steiger. Dan varen we terug naar de Montanara. Hup fiets twee in de bijboot, weer terugvaren naar de haven. Fiets uitvouwen en dan de bijboot wegbrengen naar het dinghy-dock… Dan denk je, die twee doen lekker lui en hebben vakantie. NOT. We hebben al een natte rug voordat we daadwerkelijk fietsen! Door al dit bewegen gaat het met Jans rug al een stuk beter. 

Bij het Office du Tourisme halen we een kaart van het eiland en vragen we de route naar de supermarkt. We doen eerst boodschappen zodat we de rest van de dag daar niet over in hoeven te zitten. Om er te komen moeten we eerst een steile heuvel over. Deze ‘col’ is (voor ons) niet op de fiets te doen dus lopen we het grootste stuk. De terugweg daarentegen is scheuren: alles downhill. 

Nadat we de boodschappen weer met de bijboot hebben weggebracht, kan het dagprogramma echt beginnen. Helemaal rondfietsen van het eiland laten we aan ons voorbij gaan (dat is namelijk 30 km). We willen naar de zwart-witte vuurtoren (Pen-Men) aan de andere kant van het eiland. Jan leest kaart en wijst de weg. En dat doet hij goed.

Fietstocht Île de Groix (3)

Het eiland is verre van vlak. Daar komen we al snel achter. Als we kleine kustplaatsen bezoeken fietsen we eerst hard naar beneden, om daarna weer met de fiets aan de hand naar boven te lopen. Na twee dorpjes besluiten we de kustplaatsen links te laten liggen (in ons geval was het eigenlijk rechts). 

Fietstocht Île de Groix

Als we vlakbij Pen-Men zijn (we zien ‘m liggen) houdt de weg op. Er is alleen een weiland met een karrenspoor. Het is een beetje een deja-vu. Dit hebben we eerder meegemaakt. De vouwfiets wordt weer ingezet als mountainbike.

Fietstocht Île de Groix (6)

De vuurtoren is helaas niet open voor publiek. Een uitspanning om even bij te komen, iets te eten of drinken zijn we onderweg niet tegenkomen dus koersen we meteen terug richting Port-Tudy.

Fietstocht Île de Groix (7)

Na anderhalf uur voelen allebei ons lichaam protesteren dus we kiezen een gemakkelijke weg terug (lees: asfalt). In het dorp, bovenop de heuvel, drinken we wat en eten we een crêpe. Daarna is het genieten van de race naar beneden, om vervolgens weer de hele truc met de bijboot en de vouwfietsen in omgekeerde volgorde te doen. Inmiddels geoefend doen we twee vouwfietsen in één keer. Er was niemand in de buurt voor een foto. Jammer want we weten zeker dat jullie hard zouden lachen om dit tafereel. 

Montanara aan de mooring in Port Tudy (6)

De rest van de middag brengen we buiten in de kuip in rust door. ’s Avonds doen we een rondje bellen, e-mailen en whatsappen met het thuisfront. Het is rustig in de haven en we liggen alleen aan de mooring. En zo is er weer een dag omgevlogen. 

Woensdag 26 juni

We verlaten bij het ochtendkrieken de haven Port-Tudy en laten Île de Groix achter ons liggen. We hebben twee dagen aan de mooring gelegen zonder stroom, maar wel met onze super accu. Het is net of je geen walstroom meer nodig hebt. We koken theewater elektrisch, drinken nespresso, gebruiken de magnetron. En als op de tweede avond blijkt dat de boiler koud water geeft, koken we het water voor de afwas ook nog elektrisch. En het is dat we weggaan, want we hadden nog wel twee dagen ruim stroom kunnen verbruiken. 

Vandaag varen we naar La Trinité-sur-Mer. Henk en Stanny van de Préfix liggen daar en we gaan ze een verrassingsbezoek brengen. 

We hebben wind in de rug. Ongeveer 6 knopen. Op de motor varen we 5 knopen, dus is het praktisch windstil. Er valt dus niet te zeilen. We varen dus zuidoost langs onder het schiereiland van Quiberon door, om vervolgens noord te gaan door de Baie de Quiberon. Nu hebben we halve wind en valt er te zeilen. En zo zeilen we heel gemoedelijk richting La Trininté-sur-Mer. 

Onderweg naar La Trinité-sur-Mer (1)

Om 16.00 uur komen we aan. Voor de haven liggen allemaal oestervelden waar oesters worden gekweekt.

La Trintié-sur-Mer (7)

We zijn hier nog nooit geweest, dus het is even puzzelen waar we nou precies de haven in moeten. Het ligt hier vol boten die aan de mooring liggen. Vandaag kiezen wij voor een havenplaats.

La Trintié-sur-Mer (10)  La Trintié-sur-Mer (9)

We melden ons via de marifoon bij de havenmeester en we krijgen een plek toegewezen. Er is een flinke dwarsstroom dus is het opletten. Omdat we teveel verwaaien, gaan we voor poging twee. En die gaat goed. Als de boot netjes vastligt, lopen we gelijk naar de capitainerie om te betalen. Daarna gaan we meteen naar Henk en Stanny waar we warm worden onthaald. Het is als vanouds: we hebben elkaar genoeg te vertellen en …. omdat we zoveel praten, wordt er flink geschonken. Zegmaar, om de keeltjes te smeren! Stanny maakt lekkere hapjes en ook hun buren (Johan en Corry van de Ransom) komen erbij. Het is een gezellige bedoeling. 

Afbeelding 010  Afbeelding 011

Na de borrel eten Jan en ik samen wat op de boot. Daarna ga ik nog even lopen en het dorp verkennen. We maken we het niet laat. Morgen willen we vroeg vertrekken voor een lange tocht naar L’Île d’Yeu. 

Donderdag 27 juni

Jan heeft uitgerekend dat vertrekken om 08.00 uur het meest ideaal is. Dan is het hoogwater in de vertrekhaven en is er ook geen dwarsstroom. Dit maakt het uitvaren eenvoudiger. Na hoogwater loopt de stroom ook mee de rivier af terug naar de Quiberonbaai. 

In eerste instantie is het een beetje waterkoud. Alles is nat en het lijkt heiig, maar dat is het niet echt. Eenmaal in de Quiberonbaai breekt het zonnetje door en wordt het warmer. Het lijkt of de koude ochtendmist alleen boven het land hangt. 

Er staat een klein windje en we kunnen zeilen met het grote gekleurde zeil: de genaker. Met dit 114 m2 dunne nylondoek kunnen we met weinig wind toch nog vaart maken. Klik hier voor een korte impressie van zeilen op de Montanara met de genaker.

De zee is rustig. Er is weinig deining. En zo wordt het dus een hele rustige cruisedag die voornamelijk in het teken staat van lezen, smeren (voor het eerst zwembroek en bikini aan vandaag!), muziek luisteren, zonnen, slapen en poetsen. De verwachte aankomsttijd is namelijk pas 21.00 uur in de avond. 

Onderweg naar Joinville (2)

Maar later neemt de wind toe en daarmee ook onze snelheid. Dus teveel voor de genaker: die gaat in en het grootzeil en de genua uit. We lopen harder dan gepland en daardoor komen we om 19.30 uur al de haven van Joinville aan. Het is druk in de jachthaven. Uiteindelijk liggen we als derde boot aan de steiger gestapeld. Onze buren wilde ons eerst niet zo graag naast hun hebben, omdat de overgebleven doorgang voor andere boten, volgens hen, dan te nauw werd. Wij zeiden: als het nodig is, verleggen we de boot wel! En daarmee waren de argumenten van tafel en hadden wij een plekje. 

We eten indiaanse soep met naambrood en daarna gaan we douchen en spelen we een spelletje rummicub op de bank. Al die buitenlucht… We gaan niet laat naar bed. 

Vrijdag 28 juni

Vanaf 06.00 uur staat het water zo hoog dat de eerst niet zo diepstekende boten de haven kunnen verlaten. En dat betekent dat wij ook kunnen verwachten dat we in de weg liggen. We hebben de wekker dan maar ook op 06.00 uur gezet.

Het is 07.30 uur als we de eerste grote boten uit een box zien vertrekken. Voor ons het sein dat we in actie moeten komen. We maken ons los van onze buren en verleggen de boot naar een box. Zo, nu hebben we een top vakantieplek. 

Zo liggen we erbij in Joinville (4)

Het is bewolkt, het waait en het is fris. Kortom: geen weer om vandaag het eiland rond te fietsen. Dus we kruipen nog even terug in ons mandje en later in de ochtend komen we op stoom. Het is schoonmaak, was- en boodschappendag. We hebben er zin in om alles weer op orde te maken. 

’s Middags fietsen we naar het dorp, we winkelen (eindelijk de grote zekering gescoord) en drinken een drankje op een terras. Het eiland staat in het teken van fietsers en we kopen we een nieuwe fietstas (mijn oude tassen waren vorig jaar in Deauville gestolen) en een nieuwe voorband voor één van de vouwfietsjes. Jan gaat ‘m morgen monteren. Als het allemaal een beetje goed verloopt en de juiste maat is, dan kopen we er meteen nog drie en vervangen we de hele boel. Door alle gemaakte kilometers (en waarschijnlijk ook door het vele off-road rijden) zit er geen profiel meer op onze huidige pneus. 

Doordat er vandaag een lekker windje staat is de Montanara een echte Nederlandse boot. Met wapperende was aan de lijn.

We eten binnen (een gemakkelijke pizza) en zorgen dat de administratie weer bij is. Voor morgen zijn de voorspellingen beter. Zon en 19 graden.

Tagged with:  

8 Responses to Op naar het eiland L’Île d’Yeu

  1. Daddy muttie says:

    Mooie verhalen zoals altijd,fijn dat hat beter weer wordt,lekker genieten xxxxx D M.

  2. Hallo lieverds, fijn jullie tocht weer kunnen volgen met al jullie avonturen. Wat een geolied stel zijn jullie en jullie ontdekken steeds iets nieuws. Nog hartelijk bedankt voor leuke fotoboekje met alle foto,s van vorig jaar. Geniet, geniet, geniet liefs daddy en mutti.

  3. Danny says:

    Ben zo jaloers 🙂

  4. Carolien says:

    Ha Jan en Sabine ,wat een leuke verhalen weer.
    En een mooi gezicht hoor datzeilen.
    Ben een beetje jaloers op de vakantie verhalen van jullie.
    Veel plezier de komende etappes. Ik lees het graag.

    Liefs clien

  5. Maarten de Niet says:

    Wat ontzettend leuk om all jullie avontuurlijke verhalen te lezen geweldig. Ik blijf het heel stoer vinden om zo ‘n reis te maken. En wat kun je leuk schrijven Sabine het is als een boek dat je blijft boeien. Goede reis verder en veel plezier Gr. Lij en Maart

  6. Kees van Unnik says:

    Hi Jan en Barbara,
    Wat een geweldige verhalen weer. Heerlijk om te lezen zo voor het slapen gaan om er dan verder over te dromen. Mensen die reizen hebben wat te vertellen, is een oud gezegde. Maar als je het dan op zo’n leuke manier vertelt is het helemaal mooi.
    Ik wens jullie nog heel veel fijne zeil/vakantie/avonturen/ontdekkings/ontmoetings dagen toe.
    Groetjes, Oompie Kees

  7. Laurette says:

    Hoi Jan en Sabine,

    Wat heerlijk om de verhalen weer te lezen. De komende 3 maanden hoef ik m’n e-reader niet meer te pakken, want dit is een veel betere bestseller! Genieten doen jullie (en dus wij ook) zeker. Lieverds, heel veel zeil plezier en voorzichtig! X

  8. theo&rita says:

    Hoi hoi ahoi geweldig jullie verhalen,we genieten mee en wensen jullie nog hele mooie tijden op en aan het water.

    gr.t&r XX

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *