Donderdag 14 juli 2011, rustdag São Miguel, Ponta Delgada
Na het ontbijt haal ik de auto van het parkeerterrein. Jan kan nog niet ver lopen, dus hij mag ‘voor de deur’ in stappen. De stad staat ondersteboven van een rally die wordt gehouden. Onderweg moeten we een omweg maken omdat we ons middenin het parkoers van de rally bevinden. Overal langs de weg staan auto’s in de berm geparkeerd. Een agent wijst ons dat we ergens omhoog moeten. We lachen als ik gas geeft omhoog en de passagiers ook het idee hebben dat ze met mij zich in een rally bevinden.

We komen uit op het hoogste punt van het eiland. Een mooi uitzicht op weer een Lagoa. Bizar hoe groen het hier is. We rijden terug naar de kust naar Furnas. Een mooi dorp met geisers. We eten de traditionele Codizo nas Calderaz bij restaurant ‘O Miroma’. Dat is een stoofpot uit de grond (bij de geisers) en bevat van zoals op de kaart staat: ‘A real delicious dish wish includes beef, pork, chicken, sausage and vegatables (potatoes, carrots, cabbage, sprouts, sweet potato and yan. Het is heerlijk en bijzonder. Daddy geniet van een halve gegrilde kip. Lekker spicy.

We verlaten het dorp en mutti neemt nog wat foto’s van de geisers. Het stinkt er naar zwavel en wij blijven met z’n drietjes in de auto. Dan vertrekken we met bestemming: Nordeste. Daar zou een prachtige waterval zijn en die willen we met eigen ogen zien.
Daar aangekomen, geen waterval. Wel een brug met zeven bogen en een fontein. Bij navraag vertelt een lokale chica in gebrekkig Engels dat de waterval die we op een plaatje in een boekje laten zien, niet in Nordeste, maar in Ribeira Grande te vinden is. Dat ligt ongeveer op de helft van het eiland, de andere kant op. Terug dus. Balen.

Enigszins teleurgesteld gaan we weer in het autootje. Op weg naar Ribeira. Er zou een snelweg zijn en die zoeken we op. We kunnen ‘m niet vinden. Daddy is de enige die bijdehand is. Hij zegt ineens: ‘Zeg, is die snelweg niet in aanbouw ofzo?!’. Ja, stom. De snelweg wordt nog gemaakt. Onderweg kwamen we al allerlei opbrekingen tegen en onze tegenliggers waren allemaal grote kiepwagens met zand. Helaas voor mij. Ik moet dus nog wat uurtjes rijden. Omhoog, omlaag, kleine weggetjes, tegenliggers, schakelen, remmen, hairpins, S-bochten, traktoren, koeien op de weg. Best inspannend. Helemaal gallisch word ik van de kronkel de kronkel. Er is alleen niemand anders die het stuur over kan nemen, dus ik offer me nog even op. Ik vraag me hardop af hoe dat nou ook al weer zat met dat vakantiehouden…. Dit is keihard werken.

En net als we denken dat we de waterval niet meer ‘live’ te zien krijgen rijden we er ineens zowat voorbij. In een bocht ligt ie. We kunnen nog net parkeren. Het is bijzonder. Een plaatje. In een bocht, een rots en daar stroomt het water vanaf. Een fotomomentje. We poseren allemaal bij de waterval en nemen een ijsje. Het is genieten. Wat een bijzondere omgeving.

Uiteindelijk rijden we via de Ribeira Grande weer terug naar Ponta Delgada. Ik zet het stel af en parkeer de auto weer op het (gratis) parkeerterrein net buiten het centrum. Het is even lopen, maar we zijn Hollanders. Ja toch, dit kost ons niets. Terug op de boot word ik in de watten gelegd. Koud biertje en een schaal popcorn. Die heb ik verdiend met het autorijden.

Om 20.00 uur is het tijd voor steigertijgeren. Eerste keer voor daddy en mutti, maar ze brengen het er zonder kleerscheuren vanaf. De champagnekurken drijven in het water. Léon zingt een lied voor Wim, die onderweg 50 is geworden en ook de Ocean People blues wordt luidkeels meegezongen. Alle boten zijn veilig binnen en dat feest vieren we met elkaar.

Eten hebben we niet gedaan, dus na een paar borrels gaan we terug naar de boot en eten we nog wat snacks. Dan gaan mijn ouders hun eerste nacht in op de boot. We liggen te schudden hier in de haven, dus we zijn benieuwd hoe dat bevalt…..

Vrijdag 15 juli 2011, tocht van São Miguel naar Terceira, Angra do Heroísmo
We zijn weer druk vandaag. De mannen gaan naar een viswinkel op zoek naar een goede nieuwe hengel. Dat lukt niet, want ze hebben hier alleen maar hele dure. We komen erachter dat ik wel een hele goede koop heb gedaan bij de Albatros in Scheveningen. We blijven het voorlopig nog even doen met de leenhengel van Wim. Tot nu toe hebben we daar ook meer mee gevangen dan onze oude, dus prima hengeltje. Als mutti en ik boodschappen willen gaan doen, komen we de mannen op straat tegen. Toch maar even samen lunchen dan? Ja, wel zo gemakkelijk. Bij Docas lunchen we lekker. De mannen nemen vlees. De vrouwen vis. Zo kunnen we de middag verder met onze bezigheden.

Mutti maakt alvast de nasi. De weerverwachting is dat er een stevig windje staat buiten, dus wel zo handig als we straks niet te veel omkijken hebben naar het eten. Het is nog even aanpoten voor d’r om alles op tijd klaar te krijgen. Om vier uur is het trossen los en verlaten we het eiland. De hele floot vliegt weer uit. Een lange tocht van zo’n 96 mijl, met een nacht erin.

De eerste uren genieten we nog van de beschutting van het eiland en kijken we naar de groene weilanden en de huizen aan de steile kusten. We vissen, maar vangen niets. Leuk al die stoere verhalen over tonijnen. Het is dat we de foto’s hebben, want anders zou daddy er niets van geloven. Ook zijn er geen dolfijnen. Jammer, want we willen zo graag dat mutti en daddy het ook mee kunnen maken.

En zo kabbelen we lekker voort. De wind is variabel. Dan weer stevig, dan weer even niets. We varen gereefd, ook omdat we het zo comfortabel mogelijk willen houden voor de opstappers. Na het eiland is het aan de wind. Zo’n 60 graden. We zitten gezellig in de kuip met z’n vieren. Even is het zoeken wie waar zit en wat een lekkere plek is. Daddy aan de hoge kant. Mutti aan de lage kant. We doen eerst nog een snackie en later warm ik de nasi op. Nog even wat pindasaus onder heling erbij. Eitje bakken. Augurkje erbij. Het mag mijn ouders aan niets ontbreken. Ik geef het beste van mezelf.

Als het eten buiten in de kuip uitgedeeld wordt, houdt mutti het voor gezien. Ze zegt: ‘Ik geloof dat ik niet moet eten’. Ik hoop van ganse harte dat ze zeeziek is en dat het niet aan mijn nasi ligt. Als wij het eten op hebben gaat mutti toch maar even liggen op bed. Ze baalt als een stekker want ze had zo onwijs graag de nacht met mij ingezeild. Samen in het donker, kletsen, beetje dolfijnen kijken.
Ik zet een emmertje bij het hoofdeinde. Je weet maar nooit. Voor het geval dat. En dat is de beste plek voor mutti om te liggen. Lekker (relatief) rustig en wel zo goed voor haar maagje. Wel is het wennen voor d’r aan alle bootgeluiden. Het kreunen van de boot. Het kraken en piepen. Kan zo’n boot dat wel aan die klappen op het water? Voor ons is dit nog een redelijk rustig tochtje. Oké, we liggen de hele tijd over één kant, maar wij weten dat het veel, veel, heel veel erger kan.

Daddy zit gewoon buiten. Alsof er niets aan de hand is. Alsof hij op z’n strandbedje op Kos zit. Wijntje erbij. Beetje ouwehoeren met Jan. Ik heb de wacht van 0.00 uur, dus ga nog even in de voorpunt liggen. De mannen hoor ik aan een stuk kletsen. Daddy wil weten waarom dit of waarom dat zo gaat. En Jan. Ja Jan dit vertelt er graag erover, dus hij legt alles haarfijn uit. Leuk om te horen, die mannenpraat.

Zaterdag 16 juli 2011, aankomst Terceira, Angra do Heroísmo
Als het 0.00 uur is kom ik naar buiten. Klaar voor de nachtdienst. Jan gaat z’n kooi in en daddy houdt mij gezelschap. Op één of andere manier is mijn gespreksstof slaapverwekkender dan die van Jan, want daddy zegt ongeveer een kwartier over 12 dat hij het voor gezien houdt. Z’n ogen vallen dicht.
Ook hij had het langer vol willen houden, maar al die buitenlucht eist z’n tol. Hij is net uitgekleed en in bed en dan zie ik in de grijze nacht kleine dolfijntjes naast de boot. Ik roep mijn pappie ‘Daddy, wil je dolfijnen zien? Dan moet je nu komen!’. Daddy doet eerst nog even een broekje aan en… Jammer dan. Tegen de tijd dat hij boven is, zijn ze alweer gevlogen. Helaas pindakaas.

Daarna heb ik nog veel dolfijntjes gezien. Niet van die spelerige. Maar ze springen wel hoog. Jan laat ik een uurtje langer liggen en maak ik om 04.00 uur wakker. Hij doet de wacht totdat we aanleggen. Ik word bijtijds gewekt, zodat ik ook de aankomst van het eiland helemaal meemaak.

Bij de aanloop van de haven zien we dolfijnen. Mutti komt dan ook weer aan dek. Met z’n vieren kijken we naar de dolfijnen. Geen walvis, maar toch dol-fijn. Toch een klein beetje een cadeautje na een lastige nacht. Het is precies acht uur als we bij de Bull langszij aanleggen. Top planningwerk van Jan, want het havenkantoor gaat om 8 uur open! De afbakbroodjes gaan de oven in, we dekken de tafel en wachten op Jan die zorgt dat we ingeklaard worden. Dat is hier een fluitje van een cent.

Na het ontbijt verleggen we. Even is er onduidelijk waar we moeten liggen. De E en de D zijn met elkaar verward. Als we eenmaal liggen wordt het bootje verzorgd en we verzorgen onszelf. Even douchen. De oudjes gaan lekker wandelen. Het stadje verkennen. Jan en ik doen het even rustig aan. Even bijtrekken van de nachttocht en beetje bijslapen zover het kan.
’s Middags zitten we met z’n vieren onder de bimini in de kuip. Mutti zoekt nog wat zon op. We lezen en zijn rustig. Niet zo veel praatjes.

Voor het diner doen we niet moeilijk. We gaan uit eten. Vanwege Jans enkel lopen we niet ver. Bij Hotel Beila Mar vinden we een goed tafeltje op het terras buiten onder de parasols met uitzicht op de haven en de Monte Brasil (een grote berg). De bediening is niet snel, maar dat deert niet. We hebben weer genoeg praatjes en lullen de tijd vol tussen de snacks vooraf (olijven, kaas, brood en boter), het hoofdgerecht en nagerecht. We verlaten zowat als laatste de tent en kruipen thuis meteen ons mandje in.

Zondag 17 juli 2011 rustdag (1) Terceira, Angra do Heroísmo
Zondag, rustdag. We doen relaxed vandaag. We vragen ons af waarom er steeds karbiet wordt afgeschoten? Van Adri horen we dat de bevolking hier leeft voor twee dingen. Stierentrekken en bier drinken. En het liefst tegelijk. Vanavond gaan we het beleven. Dan is er verderop in het dorp een stierengevecht in de straat. Ik hoop maar dat we een veilig plek, ergens hoog, kunnen bemachtigen. Het afschieten van karbiet is functioneel. Het is hun manier van communiceren. Één knal: de stier is los. Drie knallen: de stier zit weer in een kooi….

Met mutti ga ik naar de supermarkt. Het is even lastig. Het lijkt wel Porto Santo, het strafkamp waar mutti en ik een paar jaar geleden veel geld voor hebben betaald om een paar kilo af te vallen. Daar moesten we elke dag om half zeven op. Citroensapje drinken en dan de berg beklimmen met Nordic Walking stokken. En zo lopen we vol oude herinneringen richting de supermarkt verderop, hoog in het dorp. We slaan er lekker weer in en kopen heel goed vlees bij de slager. Lekker om van de week te platen!

’s Middags maak ik zelf knoflookboter (heerlijk dat de koelkast nu weer ruikt naar knoflook in plaats van vis) en ik marineer het vlees alvast. Buiten in de kuip zitten de opstappers in de schaduw. Het is warm. We besluiten naar het strandje hier verderop te gaan. Het halve flottielje ligt er al met alle autochtonen. Hutje-aan-mutje. Op het zand dat er is, brand je je voeten. Het zwart zand. Vreemd dat vulkaanzand. Het is heet en als je even door bent is het water best lekker. We zwemmen een paar rondjes en daddy neemt vanaf een hoger gelegen plek foto’s van ons.

We douchen op de steiger. Even het zwarte zand eraf. Mutti kiest zelfs voor koud water. Bikkeltje! Tot zes uur spenderen we de tijd met boekjes lezen en tutten.

Om zes uur lopen we samen met Adri, Ellen en Joris richting de plek waar het stierengevecht plaatsvindt. Zij weten waar het is. Het is nog een hele klim. Als we op de plek des onheils aankomen zien we al het feestgedruis. De lokalen hebben zich verzameld en staan hier onder het genot van bier en popcorn (‘mijn shangri-la’) achter de grote houten afscheidingen. Wij zoeken het hogerop en oriënteren ons. Blijkbaar is er een straat waar straks een grote stier in los wordt gelaten. Die stier zit aan één kant vast aan een touw. Daaraan hangt een mannetje of vier en die trekken aan de stier. In de straat staan langs de huizen allemaal houten schotten. Om de stier tegen te houden.
Dan horen we één knal. De stier is los!
Ineens begint er een menigte te rennen. Voor de stier uit. De stier schiet een straat in. Jan pakt mijn fototoestel en gaat richting die straat. Ik heb het liever niet. ‘Doe voorzichtig, schat’. Ik baal als een stekker, want mijn lief kan niet rennen en ik zie steeds lokalen wegschieten van een muurtje waar Jan naartoe loopt. Oh, waarom moet hij altijd z’n mannelijkheid bewijzen?! Voor mij hoeft dit niet. Hij heeft mij toch al voor zich gewonnen? Jan loopt naar het gevaarlijke punt. Helemaal trots dat hij een paar mooie foto’s heeft genomen van de stier loopt hij terug naar mij (ik sta op een veilige plek). Onderweg: met z’n rug naar de stier!!! kijkt hij alvast, erg tevreden, de foto’s terug op het beeldscherm terug. Ik herhaal: met z’n rug naar de stier. Ik word er niet blij van en zie al ‘funniest home video’s’ voorbij komen. Typisch gevalletje van ‘Dat doet ie normaal nooit’. De rest van het stierengevecht houd ik Jan dicht bij me. Hij mag niet meer weglopen…. Het is wel een belevenis. Mooi om te zien hoe de lokale bevolking hier in opgaat. Het is echt een groot feest voor ze. En er is voldoende bier.
Na twee stieren, houden we het voor gezien. Het fijne van deze gevechten is dat de stier niet lijdt. Alleen de mensen. Geen missen of zwaarden, maar een paraplu. Marianne Thieme zou dit nog wel goedkeuren denken we. Samen met Ellen komen we tot de conclusie dat we geen mooie mannen hebben gezien. Het is blijkbaar een volksdingetje voor boeren. Tandartsen kennen ze hier niet en een deo-tje ook niet. Ook de dames zien er niet echt fris uit….

Terug in de haven drinken we een drankje bij ons aan boord. Als Adri en Joris terug zijn (zij hebben wel alle vier de stieren afgewacht) gaan we samen uit eiten. Op naar Hotel Beira Mar. Daar was het oké gister, dus vandaag gaan we daar nogmaals naartoe. Het eten is oké, en er wordt meer gedronken dan voor alleen dorst noodzakelijk. Veel gelachen. Lekker genoten.
Kortom: een topavond.

Maandag 18 juli 2011 rustdag (2) Terceira, Angra do Heroísmo
Om 10 uur kan ik de huurauto ophalen en als ik om half tien voor de deur sta ben ik blijkbaar nog te vroeg. Dan maar even verse broodjes halen. Klokslag 10 uur (niet te missen met de grote kerk in de haven) sta ik weer voor de balie. Daar staan Rudi en Martine nog en Adri komt ook net aanlopen. De verwarring is compleet als de verhuurdame denkt dat we bij elkaar horen. We hebben een hoop uit te leggen. Adri is erg oplettend en vraagt door over de voorwaarden. Het is bij deze verhuurder gewoon dat ze € 960,00 van je credit card afschrijven als ‘borg’. Wat blijkt, het is geen borg. Maar het wordt gebruikt als ‘voorschot mocht je schade maken’. Raar, omdat we de duurste verzekering erbij nemen, om maar geen ‘eigen risico’ te willen hebben. Vreemde toestanden dus. Er wordt met de baas gebeld (‘I am only a worker’) en uiteindelijk vertrouwen zij ons… We krijgen special conditions. Er komt geen credit card aan te pas. Jammer genoeg duurt het allemaal wel wat lang. Dus bijna een uur later verlaat ik het kantoortje met de sleutels van mijn huurwagen: een Toyota Yaris.

Tegen de klok in, rijden we langs de kust het eiland rond. De dames voorin. Ik rijd. Mutti leest kaart. De mannen achterin, met een vrije dag. Ze hoeven niets behalve af en toe een grappige opmerking te maken. Het is even wennen aan de auto. De kwaliteit is veel minder dan de huurauto in Ponta Delgada. Deze heeft een stuur dat eerst een kwart gedraaid moet worden, voordat het bakkie meestuurt. Iets te veel speling op het stuur dus. Ook de versnellingsbak vraagt extra attentie. Ik moet de pook er echt in duwen. Het autootje heeft waarschijnlijk al wat te verduren gehad hier op Terceira.

Het eiland is kleiner dan São Miguel en het heeft minder hortensia’s, maar ook veel groen, koeien en heel veel stenen muurtjes. Je vraagt je af waar ze al die stenen vandaan hebben gehaald. De eerste echte stop dat geen mirodouro (verrekijker/ uitzicht- en fotopunt) is, maken we in Praia da Vitória. Daar is ook een jachthaven. Het ziet er goed uit, alsof het vrij nieuw is. Waarschijnlijk ook opgeknapt met centjes van de Europese Unie. Zoals heel veel zaken hier op de eilanden. Na een koele verfrissing op een terrasje gaan we weer verder.

Aangekomen in Lajes verbazen we ons over de Amerikaanse basis. Eerst denken we een soort Finex-wijken te zien, maar niets is minder waar. Het is een hele aparte leefgemeenschap van de 2000 Amerikanen die hier op de basis werken. Alles is afgeschermd met hekwerk en dik beveiligd. Het doet heel surrealistisch aan. Als ik een verkeerde afslag neem rijden we ineens op een onverharde boerenweg vol met gaten erin. De auto piept en kraakt aan alle kanten. Straatje keren is nog best uitdagend. Ook kwam er meteen een Amerikaanse patrouille politieauto achter ons aan. En waarom? Ik reed alleen langs het militaire vliegveld….

Via steile bergweggetjes rijden we richting Biscoitos. Daar is een wijnmuseum, maar dat laten we links liggen. Wel bezoeken we een soort natuurlijke zwembad van allerlei baden die tussen de zwarte rotsen in zee liggen. Het water is helder en goed voor de saúde (gezondheid). Het zoutgehalte hier is trouwens veel hoger dan in de Middellandse zee (6%). Bij een soort strandtentje eten we een broodje en stappen we de hete auto weer in. We hebben wel airco, maar we rijden liever met de raampjes naar beneden. We gaan de bergen in en binnen een half uur daalt de temperatuur van 25 graden Celsius naar 19 graden.

Er zijn drie grotten, van anderen hebben we al gehoord dat het schitterend moet zijn. Wij bezoeken de eerste die op ons pad komt bij het Lagoa do Negro (een zwart meer). De ‘Gruta do Natal’ (oftwel: de Kerstgrotten). Het heet zo omdat er met Kerst altijd een mis wordt gehouden in de grot. De grot is ontstaan door lavastromen. Je moet met een helm op de grot in. Dat is al voldoende voor wat lachsalvo’s. Eenmaal in de grot, die nat en donker is, blijkt dat lopen hier voor Jan met z’n zere enkel niet echt handig is. Ook mutti struikelt. Echt eerbiedig zijn we niet, want daddy neemt plaats achter het altaar en spreekt de ‘gemeente’ op zijn manier toe. Ik denk dat we zo’n vijf minuten lopen en we eigenlijk alle vier het al gezien hebben. Cultuurbarbaren, dat zijn we. Zo’n grot, we hebben er helmaal niets mee. Tuurlijk, het is bijzonder om de lagen alle zeventien soorten stromingen van lava te zien, maar dat is het dan ook. Daddy heeft meer oog voor de verlichting. Hoe hebben ze dat aangelegd? Voor Jan is het ronduit gevaarlijk en dat excuus houden we erin als we binnen een kwartier later weer buiten staan. Binnen kwamen we nog Ocean People-bemanningen tegen. Een van de andere grotten (Algar do Carvão) was echt een hoogtepunt. Daar kon je van onderuit naar boven naar buiten kijken. Blijkbaar echt een spectaculair en niet te missen iets. In de auto stemmen we. Wie willen er nog naar de andere grot? Stilte. Wie willen er geen grot meer zien? Vier vingers in de lucht…. Dat zegt genoeg. Er zijn vast anderen die er mooie foto’s hebben gemaakt!

Wel bezoeken we nog een natuurplek. Het Lagoa das Patas. Een groen meer met waterlelies dat omringt is door allemaal bijzondere bomen. Een vochtrijke plek, want hier zien we ook varens en veel soorten mos. Op een bankje kijken we naar een schouwspel van grote eenden. Eentje geeft zwemles aan een ander, die vervolgens zowat verzuipt. Met andere woorden: hij gaat erbovenop zitten.
Het enige geluid dat je hier hoort is van de vogels. Het stikt hier van de mussen. Inmiddels is het alweer ruim eind middag en we gaan op de terugweg naar Angra do Heroísmo. Daar besluiten we toch nog even het uitzichtpunt Monta Brasil te bezoeken zodat we een foto kunnen maken van de stad en de haven met onze boot, vanaf grote hoogte.

Het is even zoeken naar de weg ernaartoe, en dan begint er weer een nieuw avontuur. Het is een smalle weg omhoog. Tegenliggers kom je er liever niet tegen, maar toch passeren we er een paar. Vanaf de voor- en achterbank krijg ik ineens commando’s over hoe te schakelen en te rijden. ‘Niet zo bij de rand’. ‘Niet terugschakelen’. ‘Niet zo hard’. Ineens schijn ik niet meer te kunnen rijden. Voordat we boven zijn heeft mutti al bijna vier keer een hartverlamming gehad. Ze zweet alsof ze het hele stuk naar boven is gelopen!
Eenmaal bovenop de berg, of wat we denken dat boven is, zien we geen bal. Er staan bomen en door het bos zien we de boten niet. De auto staat geparkeerd op een helling en het is hopen dat ie blijft staan. Is dit het? Er is nog een weggetje, maar ja…. dan moeten we weer klimmen en het is onverhard… Ik ben klaar met avontuurlijk autorijden. Het is best inspannend en ik ben echt toe aan borrel. We gaan terug. Eerst ben ik nog bang dat mutti het hele stuk naar beneden gaat lopen, maar ze stapt gewoon weer in. Beneden in de haven word ik uitbundig bedankt door de passagiers voor het ‘weer terugbrengen in de veilige haven’. Ja, ja. Ik zeg: op het volgende eiland huren we een scooter. Jan mutti achterop, ik daddy.

Terug op de Montanara zijn we toe aan kaas, toastjes en een borrel. Eerst even zitten zodat iedereen kan bijkomen van het avontuur van vandaag. Na een uurtje is het tijd voor actie. De dames doen de voorbereidingen voor het eten. Groentes snijden, want we gaan platen. De mannen mesten het schuurtje uit, want helaas helaas…. de plaat ligt helemaal achterin!
We eten heerlijk en we doen nog een half potje Mexican Train. Gezellig. Tijd geleden. Jan trekt alle buitenlucht van vandaag niet en valt om van de slaap. Ik laat nog 1000 vakantiefoto’s en filmpjes zien van dolfijnen zien zodat ook mijn ouders makkelijk in slaap vallen. Dus ook bij hen gaat snel het licht uit.

Dinsdag 19 juli 2011, rustdag (3) Terceira, Angra do Heroísmo
Als we wakker worden is het in de hut van mijn ouders het nog stil. Dus we blijven vanmorgen iets langer liggen. Dan moet ik me toch nog haasten. Bij de autoverhuur verwachten ze de auto om 10.50 uur terug en ik moet ‘m nog aftanken. Ik snap er niets van. Er gaat maar 7 liter brandstof in, om ‘m vol af te tanken. We hebben gister zeker zes uur berg op berg af rondgereden op het eiland. Wat een zuinig autootje.

Iedereen heeft een taak bij het ontbijt. Mutti heeft verse eitjes gehaald. Ik dek de tafel. Daddy maakt scrambled eggs met hamreepjes. En Jan zorgt voor het internet. Heeft niets met ontbijt te maken, maar wel belangrijk voor later vandaag als we weer de website willen updaten en voor Jans werk. Het is weer genieten van al het lekkers.

Na het ontbijt ruimen we de boot op. Het gaat lekker snel met z’n tweetjes afwassen en afdrogen. Dan doet mutti een stofzuigertje door de tent, ik doe de wasjes en de toiletten. Jan repareert de kraan en daddy is supervisor van dit al. Met een nat ruggetje is er geen tijd om te zitten. Daddy en mutti gaan een wandeling maken. Jan belt met de ING Car-lease en heeft een bijzonder gesprek. Een typisch Youp-van-het-Hekje. Maar goed dat hij zo ontspannen is… Je zou je anders gewoon opwinden. En hoe ontspannen kun je zijn als je een conference-call hebt vandaag om 14.00 uur NZT (Nederlandse zomertijd en je je twee uur vergist… Jan had z’n telefoonwekker gezet op PZT (Portugese zomertijd), maar twee uur te laat! Daar komen we dus achter als Jans collega Ingrid hem belt en vraagt waarom hij niets van zich laat horen…

We zijn dus relaxed en chillen vandaag. Het is bewolkt, maar wel heel warm. We vinden dit al typisch Azoriaans weer. Daddy puzzelt en computert. Mutti leest. Jan internet. We tutten lekker. Nog even een boodschapje. De mannen pompen de bijboot alvast op, want morgen gaan we naar São Jorge en gaan we twee dagen voor anker. De haven is vol.

Daddy en mutti koken. We eten Italiaans. Het is heerlijk. Na het eten maken we het potje Mexican Train af. Het lijkt wel speedtrainen, we spelen hartstikke snel. Daddy wint en dat moeten we allemaal horen!

 

8 Responses to Ponta Delgada, Angra do Heroísmo

  1. Ber en marc says:

    Meis, dat je tijd vrijmaakt voor alweer zo’n geweldig verslag! Het blijft genieten om jullie droomreis een soort van mee te maken. En wat ben jij een bofferd om op zo’n mooie plek je ouders erbij te hebben! XX

  2. Trudy says:

    Prachtig allemaal.Het is net of je erbij bent.
    xx

  3. neeltje en rob says:

    Vanuit een bewolkt Haagje laten we even weten dat we jullie op de voet volgen. Zoals Sabine schrijft is net of je er bij bent. Geniet maar volop van deze tijd met z’n 4-tjes.
    Groet van de Hurkjes.

  4. Annemarie & Aad says:

    Bedankt voor de mooie verjaardagskaart. Hij was op tijd binnen.

    Leuk om te lezen dat ome Hans en tante Jet het naar hun zin hebben.
    Goed dat ze eindelijk een keer op vakantie kunnen, anders zitten ze thuis ook maar achter de geraniums. 😉
    Heeft Hans al veel rododendrons gezien?

    Als jullie weer terug zijn van deze trip zal de productiviteit weer behoorlijk toenemen als je de reacties leest. (Veel lezen eerst jullie belevenissen voordat ze ‘s-ochtens aan het werk gaan).

    Groetjes vanuit een heel zonnig en warm Culemborg.

  5. Inge en Mike says:

    Wat een verhalen weer. Blijft mooi om te lezen.
    Pif logeert deze week bij haar papa op de sprookjescamping ( daar zijn we zelf ook geweest ongeveer 12 jaar geleden en nu is de puber er weer…)
    Veel (vaar) plezier nog.
    Heel veel groetjes !

    p.s. net als in Culemborg is het hier ook fantastisch zomerweer !

  6. Petra says:

    Hallo Sabine en Jan,

    Wij willen jullie nog graag feliciteren met jullie trouwdag! Romantischer kan je het volgens mij niet vieren dan samen op de Azoren. Erg leuk om jullie avontuur zo mee te beleven.

    Hartelijke groet,
    Martin & Petra

  7. Soertje en Cattie says:

    Hallo lieve baasjes,
    Eindelijk dan een berichtje van ons. Wat fijn dat jullie zo genieten en met het vooruit zicht dat jullie nog even te gaan hebben. Wij dus ook. Het gaat heel goed met ons en hebben het prima naar ons zin. Eten en drinken goed en de medicijnen eten we ook smakelijk op. Ik (Cattie) mag alleen nog onder toezicht naar buiten, want ik loop iedere keer weg de polder in. Als het zonnetje schijnt liggen we met z”n allen in de tuin en dan worden we geaaid en geborsteld. Meer willen we niet. Nou genieten jullie nog maar verder van de reis. Wij doen het hier thuis bij Wim en Ernna.
    Voor allebei een dikke lik. Liefs Soertje en Catltie.

  8. carolien says:

    Ha JAn en Sabine

    Leuk hoor all jullie verhalen en mooie foto’s. Charrel heeft de reisverslagen van jullie gisteren voorgelezen in de auto toen we terug reden van vakantie. Inmiddels zijn we nu thuis van onze vak in zweden. Lekker was het helaas wat eerder terug omdat het weer hier zo bereslecht is. Geniet dus maar van al het moois
    Groetjes en dikke kus Clien

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *